


Jan Vogels, socialist in de jaren ’20, werd nationaalsocialist in de jaren ’30. Hij sloot zich aan bij de NSB en werd na de oorlog opgepakt en geïnterneerd in Kamp Duindorp. Zijn bezittingen werden door het NBI in beslag zijn genomen, behalve de huisjes aan het Tuinpad in Wassenaar. Die hield hij uit handen van het NBI door ze tijdelijk aan zijn ‘niet-foute’ zoon Ben te verkopen.
Zijn verhaal over zijn nazi sympathieën en hoe het hem en zijn familie is vergaan na de oorlog, wordt verteld vanuit het perspectief van zoon Ben. Harry Vogels, zoon van Ben, heeft over zijn grootvader Jan en de bewogen familiegeschiedenis een boek geschreven, getiteld: “Schaamte en trots in Wassenaar”.
